Niet iedere game krijgt de waardering die het verdient. Het kan soms even duren voordat een serie een hit wordt en daardoor raken sommige games nog wel eens in de vergetelheid, gedoemd om voor altijd te leven in de schaduw van hun opvolgers die wél een succes werden. Vijf voorbeelden van games waarvan het vervolg (of vervolgen) vele malen bekender (en vaak ook beter) is dan het origineel.
5. Burnout en Burnout 3: Takedown
Sommige games hebben maar één vervolg nodig om erkenning te krijgen, andere doen er wat langer over om te ontpoppen. Neem de Burnout-serie van Criterion bijvoorbeeld. Wat begon als een alleraardigste game voor de PlayStation, Xbox en GameCube staat vandaag de dag bekend als een ware spektakelracer waarin botsen minstens zo belangrijk is als als eerste over de finish te scheuren.

Groot succes kwam er met Burnout 3: Takedown, die werd uitgegeven door EA en die de mogelijkheid introduceerde om andere racers zo te rammen dat je ze (tijdelijk) uit de race schakelt. Net zoals in de eerste game wordt risicovol rijden beloond met extra snelheid. In dit verhaal mogen we Burnout 2: Point of Impact trouwens absoluut niet vergeten. Met meer banen en auto’s is dit echt een vervolg volgens het boekje, maar dat neemt nog niet weg dat ook deze game heerlijk weg rijdt.
4. Red Dead Revolver en Red Dead Redemption
Cowboys en indianen spelen is al jarenlang onder kinderen populair, maar pas in 2010, toen Red Dead Redemption uitkwam werd dit gegeven echt goed naar een videogame vertaald. Daarvoor was er al Red Dead Revolver, een aardige poging, maar eentje die net mis schoot.

Revolver is geen game met een openwereld, maar een spel met in totaal 24 levels. De klassieke cowboyduels ontbraken in deze game natuurlijk niet en ook Dead Eye was een belangrijk onderdeel bij het uitschakelen van bandieten. Red Dead Redemption deed het ook allemaal, maar door verfijning en oog voor detail in de vlaktes van het wilde westen is het duidelijk een betere game. In tegenstelling tot zijn vrij onbekende voorganger werd Redemption wel een succes bij het grote publiek.
3. Soul Blade en Soul Calibur
Soul Calibur was een behoorlijke hit op de Dreamcast. Dat had de game te danken aan de strakke graphics (die er vandaag de dag nog best mee door kunnen) maar ook aan het gevechtsysteem waarin het draait om het gebruik van wapens. Soul Blade (ook wel bekend als Soul Edge) is de voorganger van Soul Calibur en verscheen in arcadehallen en op de eerste PlayStation.

De vele personages en hun uitgebreide eindes (compleet met halfbakken vertaling van het Japans naar Engels) van Soul Blade legde de fundering voor wat later een bijzonder succesvolle vechtserie zou worden. Het tweede deel van Soul Calibur was met name populair op de GameCube waar je ook als Link uit The Legend of Zelda kon spelen.
2. Just Cause en Just Cause 2
Er is een hele goede reden voor het feit dat men het vaker over de tweede Just Cause als over de eerst heeft. Het vervolg doet namelijk echt alles beter dan zijn voorganger. In de eerste Just Cause, die zowel op de huidige als vorige generatie consoles verscheen, speel je ook als de geheime agent Rico Rodriguez op een missie op een tropisch eiland waar een dictator verworpen moet worden.

Just Cause 2 heeft min of meer exact hetzelfde plot en bovendien soortgelijke actie. Uit helikopters springen, op rijdende voortuigen staan en parasailing, de eerste Just Cause deed het ook allemaal, maar het werkte allemaal net niet zo lekker. Dat de game op twee generaties consoles verscheen deed het ook weinig goed. Grafisch gezien mag het eerste deel niet eens in de schaduw staan van Just Cause 2, maar dat is vooral ook te danken aan het feit dat die tweede game zo bloedmooi is.
1. Street Fighter en Street Fighter II
De eerste Street Fighter staat ook wel bekend als Fighting Street en verscheen in 1987 in de arcadehallen. Met één of twee spelers speel je als Ryu of Ken die het tegen tien verschillende vechtersbazen van over de hele wereld moeten opnemen. Daar zitten enkele bekende tussen waaronder Sagat die in deze game de rol van opper-eindbaas vervult. Echt complex wil het gevechtsysteem van de eerste Street Fighter nog niet worden, maar het grondwerk werd er wel in gelegd.

De eerste Street Fighter kende niet hetzelfde succes als zijn opvolger, maar introduceerde wel een aantal standaardelementen voor de serie. Het gevechtsysteem met knoppen voor slagen en trappen bijvoorbeeld, maar ook het idee dat iedere Street Fighter een internationaal toernooi is. Dat Ryu en Ken in deze het ook tegen elkaar kunnen opnemen zorgde er uiteindelijk voor dat in de volgende Street Fighter’s de multiplayer en de verschillende personages veel belangrijker werden.