in

Ori and the Blind Forest Review – Liefde maakt blind


Slechts enkele minuten heeft Ori and the Blind Forest nodig om ons hart te veroveren – en te breken. Zonder dat we nog maar iets weten over de lichtgevende Ori en het donkere bosbeest Naru, wordt met indringende muziek en schilderachtige beelden een treurige toon gezet. Maar niet voor de rest van de game. Ori and the Blind Forest draait niet om rouwen en sip zijn, maar is een avontuur dat gaat over verkennen, ontdekken en puzzelen. Ori and the Blind Forest is een echte Metroidvania.

In het begin kan Ori alleen springen en daar gaat de kleine beschermgeest het grote woud niet mee redden. Gaandeweg krijgt Ori gelukkig steeds meer vaardigheden: van het schieten van vuurbolletjes, tot double jumps, tegen muren opklimmen of de dash, waarmee Ori zich via vijanden of objecten de lucht in kan schieten. Met iedere vaardigheid zijn weer nieuwe, voorheen ontoegankelijke gebieden te bereiken, waardoor je je tocht kunt voortzetten om de drie elementen water, vuur en wind in de uithoeken van de map te herstellen. Maar ook backtracken loont, aangezien in eerder bezochte omgevingen vaak allerlei power-ups liggen die je aanvankelijk nog niet kunt bereiken.

Simpelweg het volgen van die blauwdruk die Metroid en Castlevania al in de jaren ‘80 legden, staat helaas niet gelijk aan soortgelijk succes. Ontwikkelaar Moon Studios heeft wel een aantal unieke twists op het genre bedacht, al pakken niet alle keuzes even goed uit.

Saven, een riskante keuze
Neem bijvoorbeeld het saven. Ori and the Blind Forest kent vaste savepunten, maar geeft je ook de mogelijkheid om tussendoor te saven door een ‘Soul Link’ te maken. Dit kan op vrijwel ieder punt in de game. Op zich een geweldige oplossing, want zo kun je even snel saven als je gevaar ziet naderen, of juist na een uitdagend stukje platformen. Het probleem is echter dat je ook op hele ‘verkeerde’ momenten kunt saven. Met slechts één Life Cell vlak voor een pittig platformgedeelte (en daar kent de game er heel veel van) bijvoorbeeld. Met die ene Life Cell zul je niet ver komen, maar backtracken kan dan zomaar onmogelijk zijn. En een eerdere save laden is geen optie. Dit probleem maakt de game onnodig moeilijk en frustrerend.

Dat terwijl er toch al geen touw aan de moeilijkheidsgraad valt vast te knopen. Het ene moment loop je rustig van de omgeving te genieten, of is het kinderspel om van vijand naar vijand te dashen. Even later word je geconfronteerd met platformactie die het uiterste van je timing vergt – en van je geluk. Een veelgebruikte move is de eerder genoemde Dash, maar deze move is soms afhankelijk van het onvoorspelbare gedrag van je vijanden. Er komt daarom ook een stukje mazzel kijken bij dit soort sprongen. Pech betekent vaak meteen je dood. Het zijn dit soort momenten die het rechtvaardigen om met je controller te gooien.

De frustratie ontstaat soms ook door de graphics. Ori, Sein (Ori’s sidekick), de XP- en health orbs en de projectielen die vijanden op je af vuren, hebben één gemeenschappelijke factor: het zijn felle en lichtgevende, ronde objecten. Veel confrontaties monden daardoor uit in een waar vuurwerkspektakel waarin het onmogelijk is waar te nemen welke van die felgekleurde pixels precies bij Ori horen en welke een dodelijk projectiel vormen, laat staan dat je hierop kunt anticiperen.

Speelbare Droomvlucht
Het doet pijn om iets negatiefs te moeten zeggen over de grafische stijl van Ori, want los van de soms onduidelijke gevechten is de dit ongetwijfeld de grootste trekpleister van de game. Ori and the Blind Forest is simpelweg prachtig. De schilderachtige omgevingen en het felle kleurgebruik doen zelfs de meest recente Rayman-games verbleken. Volgens de ontwikkelaar is bovendien alles dat je in het level of de achtergrond ziet, uniek. Elke paddenstoel, elke boom, elk rotsblok. We geloven ze op hun woord. Geen moment krijg je een déjà vu, elke paar minuten wandel je weer een heel nieuw, uniek gebied binnen.

Dat zorgt ervoor dat het verkenningsgedeelte van Ori and the Blind Forest wel goed zit. Geloof ons, je wílt het volgende stukje level verkennen, gewoon om te zien wat Moon Studios nu weer voor je in petto heeft. Zelfs die paar donkere vlekjes op de map (gebieden die je meestal eerst niet kunt bereiken, omdat je nog niet alle vaardigheden hebt) intrigeren, want ook dat hoekje zal ongetwijfeld prachtig zijn en is dus de moeite waard om even te bezoeken zodra je hoog genoeg kunt springen of een blokkade kunt kapotmaken. En de muziek? Die hobbelt betoverend op de achtergrond mee en zwelt aan op precies de juiste momenten om van Ori and the Blind Forest echt een speelbare Droomvlucht te maken.

Leuke post? Drop een hartje

Score: 0/5 volgens 0 gamers

Nog geen hartjes. First!

Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Pokémon-studio maakt game voor Xbox One en PS4

Cards Against Humanity gratis te spelen