in

Banjo-Tooie


Terwijl de N64 zijn laatste adem uitblies, werkte ontwikkelaar Rare nog hard aan diverse spellen voor de spelcomputer van Nintendo. Eén van die toppers verscheen in 2001 en was een vervolg op een zeer goed ontvangen platformspel.

De hoofdrollen werden vertolkt door een beer en een vogel: Banjo en Kazooie, in Banjo-Tooie. Nadat de twee helden de vervelende heks Gruntilda onder een steen hadden begraven in Banjo-Kazooie, is ze ‘min of meer’ terug in Banjo-Tooie. Dankzij de toverkracht van haar zussen Mingella en Blobbelda weet de heks te ontsnappen. Nu zweert ze wraak: door gebruik te maken van een gigantisch kanon – de Big O’Blaster, kortweg B.O.B – wil ze haar vroegere ‘schoonheid’ weer terug zien te krijgen. Dan moet echter eerst wel alle levenskracht van het eiland van Banjo en Kazooie worden verzameld. Dat laten de twee helden niet op zich zitten, en zo begint hun nieuwe avontuur.

In Banjo-Tooie is het de bedoeling om zoveel mogelijk puzzelstukjes te verzamelen, die er weer voor moeten zorgen dat Banjo en Kazooie steeds een stapje dichterbij de vervelende heksen komen. Het spel bevat negen gigantische spelomgevingen, die stuk voor stuk weer anders spelen. Zo is er Jolly Roger’s Lagoon, een onderwaterwereld, met een gigantische vis als eindbaas. Of Hailfire Peaks, waar vuur en ijs samen komen. Dan is er nog het attractiepark Witchyworld, met gestoorde attracties en vette hapjes.

Doldwaze mini-games waren er ook in overvloed. Van schietspelletjes tot een dwaze versie van voetbal. Of een komische quiz met als presentatrice niemand minder dan Gruntilda zelf. De kracht van Banjo-Tooie was de welbekende humor van ontwikkelaar Rare, die vooral tot uiting kwam in de vele gesprekken die de naïeve Banjo en de grofgebekte Kazooie met andere karakters voerden.

Naast Banjo en Kazooie kun je ook tovenaar Mumbo-Jumbo besturen. Of je gaat naar zijn rivale, Humba Wumba, die in een wigwam woont. In haar roze toverpoel kun je onder andere veranderen in een gigantische T-rex, of een wasmachine en een duikboot. Alles heeft zijn functie, en doordat je steeds meer bewegingen leert van drill-instructeur Jamjars, kom je steeds verder.

Audiovisueel gezien is het spel adembenemend. Heldere kleuren en met zorg ontworpen omgevingen en personages. En hoewel er niet wordt gesproken in het spel, zijn de deuntjes op de achtergrond ontzettend gezellig en goed neergezet. Voor je het weet fluit je mee. Ook de besturing van Banjo en Kazooie is net als in andere Rare platformspellen goed geregeld. Beide personages bewegen samen of afzonderlijk ontzettend soepel over het beeldscherm.

Banjo-Tooie is in tegenstelling tot tegenwoordige platformspellen het gehele avontuur vermakelijk, waardoor de verveling dan ook geen moment toeslaat. Doordat humor een grote rol speelt, zit je ook constant met een glimlach op je gezicht te spelen. Kortgeleden haalde ik mijn spelcasette nog eens onder het stof tevoorschijn, om weer eens dat ‘goeie ouwe’ gevoel te ervaren. Nu Microsoft de ontwikkelaar binnen heeft gehaald, heb ik goede hoop dat ook Kameo de kwaliteit in huis heeft om even goed te worden als Banjo-Tooie. Stiekem hoop ik toch nog op Banjo-Threeie, hoewel het rond deze titel angstvallig stil lijkt te zijn. Ondertussen speel ik Banjo-Tooie nog wel een keertje. Dan fluit ik met de vrolijke deuntjes mee en loop ik gewoon nog eens rond in die afwisselende werelden.

Leuke post? Drop een hartje

Score: 0/5 volgens 0 gamers

Nog geen hartjes. First!

Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

Naruto-serie verkoopt 1 miljoen exemplaren

Haal een virus in huis met The Sims 2