in

Imperial Glory


In het begin van de beschaving der mensheid was er nog vrij weinig op aarde (Age of Empires). Gaandeweg de tijd ontwikkelde de mensheid zich, en werden door verschillende volken in Europa de wapens al opgenomen (Rome: Total War). Weer een paar eeuwen later werd het vechten nog wat geavanceerder (Medieval: Total War) en niet lang daarna was het Napoleon die een aardig deel van Europa wist te veroveren. Imperial Glory dus.

Zoals de verschillende vergelijken met genoemde games al doet vermoeden, is Imperial Glory een onvervalst strategiespel. Net als Rome: Total War bestaat het uit een turn-based managementgedeelte en een Real-time Strategy-deel. Daardoor ontstaat de goede mix tussen actieve en passieve gameplay, die we kennen uit de Total War serie. In Imperial Glory gaat het passieve deel minder diep dan in Rome: Total War. Dat heeft voor- en nadelen. Een voordeel is dat legers makkelijk zijn samen te stellen. Ze bestaan uit niet meer dan vier verschillende eenheden. Een nadeel is dat de positie op de map geen invloed heeft op het gevecht.

Het managementgedeelte is eigenlijk de sleutel voor het actiedeel. Je verschuift je troepen op de map, je zorgt dat je voldoende inkomsten hebt, enzovoorts. Als je al enigszins gewend bent aan dergelijke gameplay zal je er geen problemen mee hebben. Zo niet, dan biedt de tutorial van het spel wel uitkomst. In vergelijking met andere spellen zul je op de map ook vooral op je schepen moeten letten. In latere fases van het spel is controle over de zeeën vaak van doorslaggevend belang; als je je troepen niet veilig over zee kunt verplaatsen ben je vaak al kansloos om een land als Egypte in te nemen.

Het is met name belangrijk om op je schepen te laten omdat zeeslagen in Imperial Glory zelf uitgevochten kunnen worden. De manier waarop dit gedaan is lijkt wel een beetje op de gameplay van Sid Meier’s Pirates!; je vaart, positioneert je bootje en schiet op de vijandige schepen. Dit werkt goed, en is ook leuk omdat de kunstmatige intelligentie van de vijanden best goed in elkaar steekt. Je zult vaak merken dat ze ontwijkende bewegen doen, of gebruik maken van de wind om een extra snelle aanval te doen. Het vechten op zee is goed te doen, tot je met serieuze vloten tegenover elkaar komt te staan. Wanneer je meer dan een boot of drie, vier moet controleren, wordt het te chaotisch en dus te lastig om bij te houden. Het best kun je nog een paar schepen verankerd laten liggen, maar dat maakt weer weerloze schietschijven van ze: ook niet ideaal.

Natuurlijk wordt er ook op het land flink gevochten. Het is eigenlijk zoals je het zou verwachten. Door verschillende legers te combineren kun je ondanks de gelimiteerde grootte van die legers toch een aardige verzameling soldaten op het slagveld brengen. Op het slagveld zelf gaat het vaak om verschillende doelen, en dat werkt wel zo verfrissend. Soms moet je ‘gewoon’ alle vijandelijke troepen afmaken, maar vaak is het controleren van een of enkele strategische punten, zoals een boerderij of een fort, al genoeg.

Het vechten zelf werkt aardig. Ook hier vinden we niet overdreven veel diepgang, maar gewoon een duidelijke en overzichtelijke manier van strategisch vechten. Je zult er al snel achter komen dat cavalerie onontbeerlijk is op het slagveld; je hebt ze nodig om snel bij te springen wanneer de infanterie het moeilijk heeft, redding te brengen als je artillerie bedreigd wordt en om snel strategische punten in te nemen. Zo hebben ook de artillerie (muren en gebouwen bedwingen) en infanterie (pure stootkracht) hun functies. Net als op zee wordt het vechten op land onoverzichtelijk wanneer er serieus grote legers tegenover elkaar staan. Ook op land is de kunstmatige intelligentie goed aanwezig: de computer zal nooit zomaar een eenheid de dood insturen en snapt ook dat de strategische punten behouden moeten worden.

Wanneer zo’n punt is ingenomen, zal de infanterie zich opstellen bij de ramen. Zo maken ze van dat punt een moeilijk te nemen obstakel. Het is leuk om te zien dat er inderdaad bij elk raampje echt een soldaat zit die echt richt, schiet en herlaadt. Het spel ziet er sowieso niet slecht uit. De karaktermodellen zijn minstens vergelijkbaar met die van Rome: Total War, en dat mag een compliment heten.

Behalve de normale campagnemodus, kunnen er ook verschillende historische gevechten (Waterloo anyone?) nagespeeld worden, kan er via Quick Battle snel gevochten worden, en dan is er nog de multiplayer modus. Vergelijkbaar met elk ander strategiespel met een multiplayer; je ‘koopt’ van het gegeven budget een leger bij elkaar en gaat je tegenstander te lijf. Niet bijzonder, maar wel leuk.

Leuke post? Drop een hartje

Score: 0/5 volgens 0 gamers

Nog geen hartjes. First!

Abonneer
Laat het weten als er
0 Reacties
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties

E3: Konami ontwikkelt meidenspel Winx Club

Ontwikkelaar Super Mario Strikers bekend