Als je van Dauntless wilt genieten, dan moet je niet te veel stilstaan bij de waarom van veel aspecten. Het had de game zeker beter gemaakt, maar een achtergrondverhaal en een goede reden voor het afslachten van al die monsters, de behemoths, is er niet. Het uitmoorden van de schitterende woeste beesten is om praktische redenen wel erg nuttig. De verslagen monsters leveren namelijk de nodige buit op.
Oermens
Het verzamelen van buit is één van de twee belangrijkste taken van een goede slayer. Met die buit maak je nieuwe uitrusting voor je monsterjager en kun je bestaande voorwerpen verbeteren. Elk type monster biedt weer nieuwe mogelijkheden. Zo lang je speelt, maak je progressie. De stappen die je zet zijn niet altijd even groot, maar je blijft wel altijd in beweging.
Zelfs wanneer je met drie andere spelers op jacht gaat en iedereen (soms heel letterlijk) knalhard de grond in wordt gestampt, boek je vooruitgang. Daarin schuilt de tweede belangrijke taak voor een goede monsterjager: leren vechten. De game schotelt nieuwe spelers iets te lang te gemakkelijke monsters voor. Met een vierkoppig team knoppenram je deze eerste behemoths zo de verdoemenis in. Maar op een gegeven moment worden de monsters een heel stuk pittiger. Dan blijkt dat kunnen wegduiken niet alleen een geinige optie is, maar een noodzakelijk onderdeel is van vechten. Je moet leren hoe de behemoths aanvallen en hoe je dat kunt ontwijken.
Ook de wapens bieden flink meer diepgang dan de game in het begin doet vermoeden. Met een loodzware hamer kun je niet alleen een flink hoeveelheid schade aanrichten, maar ook stagger veroorzaken: momenten waarop een behemoth wankelt en gemakkelijker aan te vallen is. Met een speer kun je wonden veroorzaken voor extra schade, en met een stel chain blades kap je gemakkelijker ledematen af. Elk van de zes wapentypen heeft een eigen doel, werkwijze, en leercurve. Dauntless weet het verbeteren van je uitrusting en tactiek heel goed samen te laten smelten, waardoor het een de ander kan versterken of compenseren.
De combat spreekt daarnaast de oermens in je aan. De oeroude jager-verzamelaar. Net als lang, lang geleden, toen we nog enkel bessen en paddestoelen verzamelden, en met een speer in de hand, en gevaar voor eigen leven, vochten met enorme vlammende honden en levensgevaarlijke elektro-kikkers. … Oké, misschien niet helemáál zoals vroeger, maar het voelt lekker om te hakken en verzamelen, om dingen te doen omdat ze leuk zijn en niet om de prinses of de wereld te redden. Gewoon lekker knuppelen om het knuppelen.
MisMatch
Maar niet alleen de combat werkt heel goed. Ook het opleuken van je karakter gaat heel soepel. Je ziet een jager met een cool harnas of wapen rondlopen in Ramsgate, de centrale stad van de Dauntless, en vervolgens jaag je op de beesten waarmee je dat spul zelf ook kunt maken. Heb je een heel stoer ogend harnas dat uitstekende bescherming tegen vuur biedt, maar moet je vechten met een ijzige behemoth? De game maakt het heel gemakkelijk om de looks van het ene item over te zetten op de ander. Zo bouw je aan een karakter dat niet alleen de gewenste eigenschappen heeft om die ene gigantische behemoth neer te kunnen halen, maar er ook nog eens tof uitziet.
Wat ook velen zal aanspreken is de crossplay, waardoor je heel gemakkelijk met alle beschikbare platformen kunt samenspelen, en de toegankelijke graphics. Dat laatste is enerzijds handig, want menig pc kan Dauntless soepeltjes draaien. Anderzijds zit het de game soms in de weg, en dan met name tijdens de intense gevechten met behemoths. Ze klinken monsterlijk gevaarlijk, zorgen voor zulke indrukwekkende evenals uitdagende strijdtonelen dat je het gevoel krijgt alsof je steeds ternauwernood aan de dood ontsnapt, maar ze zien er wat te gezellig uit. De behemoths zijn prachtig; cartoony, met soms bijna geinig uitvergrootte delen van hun dierlijke inspiratiebronnen. Een Embermane is dan wel een vuurgevaarlijke dinohond, hij ziet er ook best leuk uit. Niet ongevaarlijk, maar ook niet als een gemeen, dodelijk monster dat je wil verscheuren in zesduizend stukjes zodra het de kans krijgt. Hij neigt eerder naar vuurpuppy dan een vlammende hellehond. Waar diepgang en simpliciteit op sommige vlakken zo goed samengaan, daar botst de toon van de game dus met de looks.
Bovendien mist de wereld van Dauntless niet alleen een verhaal, maar ook details. De eilandjes waar je wordt gedropt om de monsters te bejagen zijn op zich best sfeervol en mooi, maar ook kaal en levenloos. Hier kan de game, die zich presenteert als een game-as-a-service, nog wat ontwikkeling gebruiken. Ook kunnen de menu’s een stukje makkelijker, en wordt een loadout-systeem enorm gewaardeerd.
Pay to Win?
Dan de niet te bejagen olifant in de kamer: is deze free-to-play-game vrij van pay-to-win-elementen? Bijna. Het premium deel van Dauntless is vergelijkbaar met dat van Fortnite: er is premiumwinkel, en een betaalde variant van de standaard season pas met beide vijftig levels per seizoen. Zo’n seizoen duurt net als bij Epics andere goudmijn ongeveer anderhalve maand, waarna je er weer één kunt aanschaffen. Zo’n level behaal je door simpelweg op monsters te jagen en onderdelen te verzamelen. Heb je er genoeg verzameld, dan stijgt je pas in level en krijg je bonus-items. Dat zijn veelal cosmetische items en simpele ingrediënten om dingen mee te maken. Maar de betaalde pas, de elite hunter pass, geeft je ook extra items na elke jachtsessie.
Je krijgt met behulp van de betaalde pas sneller de benodigde items om dat nieuwe setje uitrusting te kunnen maken, of die ene quest af te kunnen handelen. Dat is toch min of meer pay-to-win, of in elk geval pay-to-gain-an-advantage. Het was handiger geweest wanneer het echt puur om coole cosmetische items draaide, om elke schijn van pay-to-win tegen te gaan. Dat zou de game sieren.
Verder zijn er nog genoeg items aan te schaffen met platinum, zoals de betaalde valuta heet. Denk daarbij aan emotes en kleinigheidjes. Ook enkele onderdelen zitten soort-van achter een premium-muur. Zo kun je cells, die werken als een soort herbruikbare upgrades voor in je uitrusting, samenvoegen om ze sterker te maken. Maar dit duurt een uur of twintig, wat uiteraard een heel stuk sneller kan wanneer je wat geld uitgeeft. Ook het overzetten van de looks van het ene item op de ander vereist in bepaalde gevallen een soort item dat alleen gekocht kan worden of te verdienen is met de betaalde pas.
Play to win
Al deze betaalde elementen zijn daarentegen totaal niet essentieel. Ook zonder betaalde pas krijg je meer dan genoeg items om alles te craften, en ook de andere dingen die je met geld kunt aanschaffen of versnellen zijn totaal niet essentieel. Daarnaast geldt in Dauntless dat je ook met de beste gear totaal wordt afgemaakt, wanneer je er niet mee om kunt gaan. Kunde is net zo belangrijk als uitrusting, en kunde kun je niet kopen.
Momenteel jaag ik met een betaalde pas op zak. Niet zozeer om de te verdienen cosmetische items en extra opbrengst, maar vooral als beloning voor ontwikkelaar Phoenix Labs voor het maken van een sterke free-to-play-titel boordevol content, die me inmiddels al flink wat uren weet te boeien. Of ik het volgende seizoen weer een betaalde pas aanschaf hangt af van hoe de game zich ontwikkelt, maar de basis die nu is gelegd is ontzettend sterk. Met een prijskaartje van exact nul euro staat niets je in de weg om deze ontzettend leuke game te proberen.
Dauntless is sinds 21 mei officieel uitgebracht voor PlayStation 4, Xbox One en pc. Voor deze review is de game gespeeld op een pc