Het is exact dit artefact dat de gebeurtenissen van Legendary in gang zet. Charles Deckard, een meesterdief, wordt ingehuurd door een geheime organisatie om een museum binnen te dringen en de inhoud van de mysterieuze doos te stelen. Zoals je echter wel kon raden zit die niet vol met juwelen en goud.

Well shit…
In de chaos en paniek die volgen is het aan jou als speler om Deckard in veiligheid te brengen, hetgeen natuurlijk een tutorial in een leuke verpakking is. Als een first-person shooter behoeft Legendary weinig uitleg. Je schiet, herlaadt, rent, springt en kijkt rond op dezelfde manier als in al die andere 14879867 FPS die in de afgelopen decennia zijn verschenen. Enkel nu is er een twist. Het kenmerk dat op zijn Deckard zijn arm is gebrand, stelt hem in staat de energie van Pandora’s doos te gebruiken om zichzelf te helen en energiepulsen af te schieten. Vooral dat eerste zal je veel gebruiken, maar opvallend genoeg niet dankzij de monsters.

Lood is dood
De acht levels die je in Legendary doorkruist schetsen een heel inconsequent beeld van het spel. Het ene moment vecht je in een kathedraal en gebruik je cover om je langzaam een weg vooruit te banen, terwijl je slechts secondes weg bent van een spectaculair setpiece. En het andere moment baan je je langzaam een weg door het zoveelste grijs-bruine gangenstelsel, waarin je om de halve minuut wordt overvallen door de nieuwste vrijwilliger van de zelfmoordwolfclub. Natuurlijk kan geen enkele game enkel uit hoogtepunten bestaan, maar in Legendary is het contrast zo groot dat het bijna lijkt alsof het spel door twee teams is gemaakt, die pas op het allerlaatste moment kennis met elkaar maakten, toen het tijd was om de stukken aan elkaar te Frankensteinen. Maar afijn, daar zou nog omheen te kijken zijn als de game verder in orde was.

Technolonope
Ongeacht welke versie van het spel je speelt, de game heeft ook technisch gezien de nodige tekortkomingen. De AI doet duidelijk niets anders dan patronen volgen die amper gecompliceerder zijn dan die in Space Invaders en de game gaat gebukt onder vele technische issues als clipping, achievements die niet activeren en hitboxes van objecten die niet goed geregistreerd worden. Hierdoor is de grootste uitdaging die Legendary biedt de game voltooien zonder je dood te ergeren. En dat kon toch nooit de bedoeling zijn…
PS: toen Legendary in 2008 verscheen bevatte het naast de singleplayer ook een multiplayer. Zoals wel meer games die ik hier in het verleden recenseerde zijn de servers hiervan echter sindsdien gesloten. Dit aspect van de game is daarom niet meegewogen in deze review.